Iedereen die schildert – of je nu een vakschilder bent of een enthousiaste doe-het-zelver – krijgt vroeg of laat te maken met verfproblemen. Je werkt netjes, kiest goede verf, en toch zie je blaasjes, strepen of doffe plekken. Frustrerend, want schilderwerk kost tijd en geld. Gelukkig zijn de meeste problemen goed te voorkomen als je weet waar ze vandaan komen.
In deze blog ontdek je de 15 meest voorkomende verfproblemen die vaak over het hoofd worden gezien. Je krijgt praktische tips om ze te voorkomen of op te lossen. Zo schilder je met vertrouwen en een strak resultaat. Je ontdekt wat de oorzaken zijn, hoe je ze voorkomt én wat je kunt doen als het toch misgaat. Zo schilder je met meer vertrouwen én een mooier resultaat.
Waarom ontstaan verfproblemen eigenlijk?
Verfproblemen ontstaan vaak door een combinatie van factoren: verkeerde voorbereiding, ongeschikte verf, slechte weersomstandigheden of simpelweg haastwerk. Denk aan schilderen op een vochtige ondergrond, slechte voorbereiding, binnenverf buiten gebruiken of te veel druk op de roller. Het resultaat? Afbladderende verf, slechte hechting of kleurverschil. Laten we de meest voorkomende verfproblemen één voor één bekijken.
1. Afbladderende verf: als de verf loslaat in blaasjes of schilfers
Een van de meest frustrerende verfproblemen is afbladderende verf. Je schildert netjes, maar na een paar weken laat de verf los. Meestal komt dit veroorzaakt door vocht onder de verflaag of een slechte hechting.
Voorkomen?
Zorg dat de ondergrond droog is, ontvet zorgvuldig met een geschikt reiniger en schuur goed voordat je gaat schilderen. Gebruik een geschikte primer voor de ondergrond die je gaat schilderen.
Werk je buiten? Kies dan bv voor een verf zoals Wijzonol LBH SDT Ultra. Inzetbaar in onderhoudssystemen waarbij hoge eisen worden gesteld aan de levensduur van verfsystemen, het hele jaar te verwerken en een uitstekende buitenduurzaamheid van wel 12 jaar.
Schilder je binnen? Kies dan voor de watergedragen verf Wijzonol Aqua, een niet vergelende kras- en stootvaste lak.
Oplossing:
- Verwijder loszittende verf.
- Zorgvuldig ontvetten en goed schuren.
- Gebruik een geschikte primer.
Werk af met een geschikt verf zoals de Wijzonol LBH SDT Ultra voor buiten en de Wijzonol Aqua voor binnen
2. Kleurverschil: als de kleur niet klopt
Je kiest een mooie kleur, maar na het schilderen zie je vlekken of tintverschillen. Oorzaken zijn vaak verschillende verfbatches, slecht doorgeroerede verf, een zuigende ondergrond of schilderen in direct zonlicht. Vooral bij pas gestucte muren en andere zuigende ondergronden komt kleurverschil vaak voor.
Voorkomen:
Controleer de kleur voordat je gaat schilderen. Roer de verf goed door. Gebruik een primer of voorstrijkmiddel om de zuiging te egaliseren, schilder gelijkmatig en werk nat-in-nat. Zo voorkom je zichtbare overgangen en kleurverschillen.
Oplossing:
- Meng alle blikken vooraf.
- Gebruik een geschikte primer.
- Werk nat-in-nat om overgangen te voorkomen.
3. Glansverlies: als de verf dof wordt
Verf die zijn glans verliest, oogt snel oud en onverzorgd. Oorzaken zijn vaak door UV-straling, weersomstandigheden, verkeerde schoonmaakmiddelen of een te dunne verflaag.
Voorkomen:
Gebruik een hoogwaardige lakverf en reinig het oppervlak met een zachte doek. Vermijd agressieve middelen zoals chloor of ammoniak.
Oplossing:
- Gebruik hoogwaardige lakverf.
- Reinig met een zachte doek en mild middel.
- Vermijd agressieve schoonmaakmiddelen.
4. Craquelé: barstjes in de verflaag
Craquelé ziet eruit als kleine barstjes in de verf. Het ontstaat vaak als je te dikke lagen aanbrengt of als de ondergrond niet goed is voorbereid. Ook kan craquelé voorkomen wanneer er spanning ontstaat tussen twee verschillende verflagen.
Voorkomen?
Werk in dunne lagen en laat elke nieuwe laag verf goed drogen. Verwijder oude, gebarsten verf volledig voordat je opnieuw schildert.
Oplossing:
- Verwijder oude verf.
- Schuur grondig, licht opschuren is vaak onvoldoende bij barstjes in de verf.
- Breng dunne lagen aan met voldoende droogtijd.
5. Slechte dekking: als de ondergrond blijft doorschijnen
Niets zo vervelend als een muur of kozijn die na drie verschillende lagen nog steeds niet dekt. Vaak komt dit door goedkope verf, een verkeerde roller of het ontbreken van een primer in de juiste kleur.
Voorkomen?
Gebruik een goed dekkende grondverf en kies voor kwaliteitsverf. Werk in meerdere dunne, verschillende lagen in plaats van één (te) dikke laag.
Oplossing:
- Gebruik een goed dekkende grondverf.
- Kies het juiste type verf en ga voor kwaliteitsverf.
- Werk in dunne lagen.
Sommige kleuren zoals rood, oranje en geel of donkere kleuren op een lichte ondergrond dekken lastiger dan meer neutralere kleuren zoals wit, beige en taupe. Gelukkig is de oplossing vrij eenvoudig: kies de juiste kleur grondverf. Standaard grondverf is in een aantal kleuren verkrijgbaar. Laat daarom altijd een voorstrijk of grondverf in een kleur mengen die op de kleur van je eindlaag is afgestemd.
| kleur afwerking | Kleur grondverf |
|---|---|
| kleur afwerkinglichte kleur | Kleur grondverfwit |
| kleur afwerkingheldere kleur | Kleur grondverfwit |
| kleur afwerkingdonkergroen | Kleur grondverfdonkergrijs of donkergroen |
| kleur afwerkingrood | Kleur grondverfgrijs |
| kleur afwerkingzilver | Kleur grondverfzwart of wit |
| kleur afwerkinggoud | Kleur grondverfrood of oker |
| kleur afwerkingoverige kleuren | Kleur grondverfvraag het de verfspecialist |
6. Hechtingsproblemen: als de verf niet blijft zitten
Verf die niet goed hecht, laat snel los. De oorzaak? De 3 V’s; een ondergrond met vuil, vet of vocht. Of een verkeerde combinatie van verf en ondergrond. Een goede hechting is essentieel voor goed en duurzaam schilderwerk.
Voorkomen?
Zorg voor een droge, vetvrije ondergrond. Gebruik indien nodig een vochtregulerend product. Hierdoor kan het vocht wel uit de ondergrond, maar geen vocht in de ondergrond. Hiermee voorkom je vaak afbladderen of een slechte hechting. Ontvet een vette ondergrond extra goed en gebruik een product dat afgestemd is op de vette ondergrond. laat je adviseren door een verfspecialist.
Oplossing:
- Reinig grondig.
- Schuur licht op.
- Gebruik een primer die past bij het materiaal zoals bv de universeel overschilderbare Wijzonol Aqua Hechtprimer BIOseries.
7. Verfproblemen door weersomstandigheden
Schilderen bij regen, felle zon of hoge luchtvochtigheid? Geen goed idee. De verf droogt dan niet goed of hecht slecht.
Voorkomen?
Schilder bij temperaturen tussen 10 en 25 graden, bij voorkeur bij bewolkt maar droog weer. Schilder niet te vroeg of te laat op de dag. Het weer snel omslaan, houd het weerbericht goed in de gaten.
Oplossing:
- De ideale temperatuur om te schilderen is 10–25°C.
- Vermijd direct zonlicht en regen.
- Check het weerbericht, zeker in kustgebieden.
8. Schilderen op een vochtige ondergrond
Een natte muur of kozijn lijkt soms droog, maar kan van binnen nog vochtig zijn. Verf hecht dan slecht en laat snel los. Ook badkamers en kelders zijn vaak vochtige ruimtes, waar je het beste een schimmelbestendige verf kunt gebruiken.
Voorkomen?
Schilder alleen als de ondergrond écht droog is. Zeker bij nieuw stucwerk lijkt het stucwerk vaak droog, maar is het dat nog niet. Gebruik een vochtmeter zodat je zeker weet dat de ondergrond klaar is voor een schilderbeurt. Tip: Bij een verfspecialist bij jou in de buurt kun je vaak een vochtmeter lenen.
Oplossing:
- Gebruik een vochtmeter.
- Wacht minimaal 24 uur na regen of schoonmaak.
- Gebruik in de badkamer badkamerverf speciaal voor vochtige ruimtes
9. Strepen, druipers en rollerbanen
Je kent het wel: je schildert een deur of muur en na het drogen zie je strepen, druipers of duidelijke rollerbanen. Dit gebeurt vaak door een verkeerde techniek, verkeerde kwast of doordat er de aangebrachte verf te veel of te dik is. Het resultaat? Een slordige afwerking die je liever niet ziet.
Voorkomen?
Werk altijd met de juiste verfroller en kwast voor de verfsoort en ondergrond. Rol niet lukraak, maar in lange, gelijkmatige banen van beneden naar boven Verdeel de verf goed en vermijd dikke klodders. Zo vloeit de verf mooi uit en krijg je een strak, egaal resultaat.
Oplossing:
- Gebruik de juiste verfroller.
- Werk in banen van boven naar beneden, rol zachtjes af van beneden naar boven
- Verdeel de verf gelijkmatig.
10. Verkeerde verfkeuze: binnenverf buiten gebruiken
Binnenverf is niet bestand tegen regen, UV en temperatuurwisselingen. Gebruik je die buiten, dan bladdert de verf snel af, krijgt de ondergrond niet de bescherming het nodig heeft en zul je relatief snel weer opnieuw moeten schilderen (extra werk en extra kosten)
Voorkomen?
Kies daarom altijd de juiste verf voor de juiste toepassing. Voor buitengebruik zijn er speciale lakken en muurverven die bestand zijn tegen weer en wind.
Oplossing:
- Kies altijd verf die geschikt is voor de toepassing.
- Ga voor een goede kwaliteit verf zoals Wijzonol, goedkoop is vaak duurkoop
- Vraag advies bij een verfspecialist.
11. Stof en korreltjes in schilderwerk
Je reinigt, schuurt en gebruikt kleefdoekjes, maar toch zie je stofjes in de verflaag. Vaak komt dit niet van je materiaal, maar uit de omgeving. Binnen dwarrelen stofdeeltjes op je natte verf, buiten kunnen wind en pollen roet in het eten gooien.
Voorkomen:
Zorg dat niet alleen het houtwerk schoon is, maar ook de hele ruimte. Sluit ramen en deuren en zet geen ventilator aan. Loop niet onnodig door de ruimte. Schilder deuren niet liggend. Buiten schilderen? Kies een windstille dag en vermijd plekken waar zand opwaait.
Oplossing:
- Maak niet alleen het houtwerk, maar ook de ruimte stofvrij.
- Schilder binnen bij gesloten ramen en geen ventilator.
- Gebruik een kleefdoek direct voor het schilderen
- Buiten verven? Kies een windstille dag.
- Houd de verfpot afgedekt en controleer je kwast en roller.
12. Doffe vlekken op deuren
Je gebruikt hoogglanslak, maar na het drogen zie je doffe plekken. Dit kan komen door te veel druk op de roller, te dunne lagen, hoge luchtvochtigheid of een slecht voorbereide ondergrond.
Voorkomen:
Roer de verf goed door en zorg dat de ondergrond glad en egaal is. Schilder bij normale luchtvochtigheid en gebruik een roller die geschikt is voor lakverf.
Oplossing:
- Roer de verf goed door, zorg dat de verf goed gemengd is.
- Breng een grondlaag aan op zuigende ondergronden.
- Werk in gelijkmatige lagen en niet te dun.
- Gebruik een geschikte roller.
13. Aanzetten van de roller op houten vloeren
Na het lakken van een vloer zie je duidelijke aanzetten waar je bent gestopt. Dit komt door slechte vloeiing of verkeerde techniek.
Voorkomen: Werk altijd nat-in-nat en vermijd pauzes. Gebruik een roller die geschikt is voor vloerlakken en werk in lange, gelijkmatige banen. Kleur je een planken vloer? Schilder dan plank voor plank of rij voor rij, zodat je overlap, en dus aanzetten, voorkomt. Pas ook de breedte van de kwast of roller aan op de planken.
Oplossing:
- Schuur de laklaag volledig weg.
- Breng eerst een kleurbeits aan (optioneel).
- Lak af met een blanke lak en werk nat-in-nat.
- Gebruik een roller die geschikt is voor vloerlakken.
14. Blaasvorming in verflagen
Blaasjes in de verflaag kort na het schilderen zijn een veelvoorkomend probleem. Ze ontstaan meestal door lucht die uit poriën van de ondergrond ontsnapt. Dit gebeurt vooral bij grofporige houtsoorten zoals meranti, zelfs als er al grond- en eindlagen zijn aangebracht.
Ook weersomstandigheden spelen mee: grote temperatuurverschillen tussen dag en nacht, hoge luchtvochtigheid, zon en wind vergroten het risico. Hoogwaardige verven met een hoog vaste-stofgehalte zijn hier extra gevoelig voor.
Voorkomen:
Vermijd schilderen in volle zon of op delen die direct door zon worden belast. Let op wind: die zorgt voor snelle oppervlaktedroging.
Kies een grondverf die poriën goed vult, zoals Wijzonol LBH Grondlak HV.
Gebruik een aflak die minder gevoelig is voor blaasjes, zoals LBH 4SO Hoogglans.
Oplossing:
Blaasjes ontstaan doordat lucht in de poriën uitzet en door de verflaag naar buiten dringt. Als de verf al aan het oppervlak is aangedroogd, vormt zich een blaasje dat later openbarst en een kratertje achterlaat. Dit is vooral esthetisch storend.
- Strijk de verf na enige tijd nog eens plaatselijk door (indien mogelijk) om blaasjes te verminderen.
15. Draaiende delen sluiten duurt te lang
Bij ramen en deuren die naar binnen draaien kan het gebeuren dat ze niet snel genoeg sluiten. Dit komt door de langere kleefvrij tijd van alkydharsverf, vooral bij terpentinegedragen lakken met een hoog vaste-stofgehalte en weinig oplosmiddelen. Ook verschillende factoren zoals temperatuur, luchtvochtigheid en laagdikte spelen een grote rol. Hoe lager de temperatuur en hoe hoger de laagdikte, hoe langer het drogingstraject.
Voorkomen:
Kies verven met een kortere kleefvrijtijd en snellere doordroging.
Oplossing:
- Verwerk verf bij de voorgeschreven temperatuur en luchtvochtigheid.
- Breng de verf in de juiste laagdikte aan.
- Kies producten met een sneller drogingstraject, zoals LBH 4SO Hoogglans en LBH 4SO Grondlak.
- Vermijd schilderen bij lage temperaturen of hoge luchtvochtigheid om vertraging in droging te voorkomen.
De kracht van regelmatig onderhoud
Schilderwerk is meer dan een likje verf: het beschermt je woning tegen weer en wind, voorkomt houtrot en houdt je huis fris en verzorgd. Weer en wind kunnen een nadelige invloed hebben op je verfwerk. met regelmatig onderhoud, signaleer je problemen vroegtijdig en heb je goed zicht op een goede hechting van de verf. Maar hoe weet je wanneer het tijd is om opnieuw te gaan schilderen? Dat lees je in ons blog “Na hoeveel jaar moet je weer schilderen? Praktisch verfadvies voor binnen en buiten.“
Wat kun je doen als het toch misgaat?
Soms doe je alles goed, maar gaat het toch mis. Geen paniek. Veel verfproblemen zijn te herstellen:
- Verwijder loszittende verf.
- Schuur en reinig grondig.
- Gebruik kwaliteitsverf.
- Schakel bij twijfel een vakschilder in.
Alternatieven en oplossingen
Heb je ondanks alle tips toch problemen? Dan kun je:
- Een vakschilder inschakelen.
- Overstappen op andere verfsoorten
Tot slot: schilder slimmer, niet vaker
Verfproblemen zijn vervelend, maar met de juiste kennis en voorbereiding goed te voorkomen. Of je nu schildert in een vochtige kustplaats of een droog binnenland, de basis blijft hetzelfde: goede voorbereiding, juiste producten en aandacht voor detail.
Wil je zeker weten dat je de juiste verf gebruikt? Of twijfel je over de staat van de ondergrond? Neem dan contact op met een Wijzonol specialist bij jou in de buurt. Zo voorkom je problemen en schilder je met een gerust hart.
FAQ: Veelvoorkomende verfproblemen en oplossingen
Bladderen ontstaat meestal door vocht onder de verflaag of slechte hechting. Vooral bij grofporige houtsoorten en schilderen in volle zon komt dit voor.
Voorkomen: Schilder op een droge ondergrond en gebruik een geschikte primer.
Oplossing: Verwijder loszittende verf, schuur goed en kies voor buiten en kwaliteits verf zoals Wijzonol LBH SDT Ultra. Voor binnen is de Wijzonol Aqua uitstekend geschikt
Kleurverschil ontstaat door verschillende verfbatches, een zuigende ondergrond of schilderen in zonlicht.
Voorkomen: Meng alle blikken vooraf en werk nat-in-nat.
Oplossing: Gebruik een primer en schilder in gelijkmatige lagen.
Glansverlies komt door UV-straling, verkeerde reiniging of te dunne lagen.
Voorkomen: Gebruik kwaliteitsverf en reinig met milde middelen.
Oplossing: Breng voldoende lagen aan en vermijd agressieve schoonmaakmiddelen.
Craquelé zijn kleine barstjes in de verflaag, vaak door te dikke lagen of slechte ondergrond.
Voorkomen: Werk in dunne lagen en laat elke laag goed drogen.
Oplossing: Verwijder oude verf en schuur grondig.
Slechte dekking komt door goedkope verf, verkeerde roller of geen primer.
Voorkomen: Gebruik een goed dekkende grondverf.
Oplossing: Werk in dunne lagen met kwaliteitsverf.
Hechtingsproblemen ontstaan door vuil, vet of een verkeerde ondergrond.
Voorkomen: Reinig en schuur altijd voor je begint.
Oplossing: Gebruik een primer die past bij de ondergrond en situatie
Nee, schilderen bij regen, felle zon of hoge luchtvochtigheid zorgt voor slechte droging en hechting.
Voorkomen: Schilder bij 10–25°C, bij bewolkt maar droog weer.
Oplossing: Wacht op stabiele omstandigheden en check het weerbericht.
Nee, een natte ondergrond zorgt voor slechte hechting en bladderen.
Voorkomen: Gebruik een vochtmeter en wacht tot het oppervlak droog is.
Oplossing: Schilder pas als de ondergrond volledig droog is.
Gebruik voor vochtige ruimtes zoals de badkamer een badkamerverf
Strepen en druipers ontstaan door verkeerde techniek of te veel verf op de roller.
Voorkomen: Werk in lange banen van boven naar beneden en gebruik de juiste roller.
Oplossing: Verdeel de verf gelijkmatig en vermijd dikke klodders.
Binnenverf is niet bestand tegen regen en UV, waardoor de verf snel bladdert.
Voorkomen: Kies altijd verf die geschikt is voor de toepassing.
Oplossing: Gebruik goede buitenverf zoals Wijzonol LBH SDT Ultra.
Stof komt vaak uit de omgeving, niet van je materiaal.
Voorkomen: Maak de ruimte stofvrij en schilder bij gesloten ramen. Buiten? Kies een windstille dag.
Oplossing: Houd de verfblik afgedekt en controleer je kwast op losse haren en je roller op pluisjes.
Doffe plekken ontstaan door te veel druk op de roller, te dunne lagen of hoge luchtvochtigheid.
Voorkomen: Roer de verf goed door en gebruik een geschikte roller.
Oplossing: Breng een grondlaag aan en schilder bij normale luchtvochtigheid.
Aanzetten ontstaan door slechte vloeiing of pauzes tijdens het rollen.
Voorkomen: Werk nat-in-nat en gebruik een roller die geschikt is voor vloerlakken.
Oplossing: Schuur de laklaag weg en lak opnieuw met bv een blanke lak.
Blaasvorming komt door lucht in poriën van de ondergrond, temperatuurverschillen en snelle oppervlaktedroging.
Voorkomen: Vermijd schilderen in volle zon en gebruik een grondverf die poriën goed vult, zoals LBH Grondlak HV.
Oplossing: Strijk de verf na enige tijd nog eens door en kies een aflak zoals LBH 4SO Hoogglans.
Bij alkydverf kan de kleefvrijtijd lang zijn door samenstelling en weersomstandigheden.
Voorkomen: Schilder bij de juiste temperatuur en luchtvochtigheid.
Oplossing: Gebruik verven met een sneller drogingstraject, zoals LBH 4SO Hoogglans of stap over op watergedragen verf voor buiten


